Stadswallen
Francois Willem de Virieu: 'een park van mij, voor (n)u en altijd'
Afgelopen jaren is het stadswallenpark van Zaltbommel, met haar zes bolwerken, gerestaureerd. De stadswallen zijn samen met de middeleeuwse stadsmuur, binnen- en buitengracht aangewezen als rijksmonument. Met elkaar houden we de geschiedenis levend. Voor nu en de toekomst!
Wandeling stadswallen
Wandel met een gids over de gerenoveerde stadswallen van Zaltbommel en kom alles te weten over de geschiedenis, aanleg en beplanting en de ontwerper van het park: stadsarchitect François Willem De Virieu. Aanmelden kan bij Tourist Info Bommelerwaard (TIB). Kijk op beleefbommelerwaard.nl (Deze link gaat naar een externe website) voor meer info over het TIB.
Evenementen
Ook is het mogelijk om een evenement op de stadswallen (in de muziektent of kindertuin) te organiseren. Wilt u daar een evenement organiseren? Kijk dan voor meer informatie op onze webpagina Evenement organiseren.
Stadswallen door de eeuwen heen
-
14e eeuw: Een ommuurde stad met gracht
Zaltbommel was in de middeleeuwen een belangrijke stad binnen het hertogdom Gelre. In 1315 kreeg Zaltbommel stadsrechten en daarmee toestemming om verdedigingswerken aan te leggen. Deze bestonden uit de stadsmuur, poorten, torens en een gracht. Rond 1350 was de stad al volledig ommuurd. De middeleeuwse stadsmuur en gracht, tegenwoordig de binnengracht genoemd, zijn nog altijd grotendeels aanwezig.
-
16e en 17e eeuw: Vestingstad van nationaal belang
In de late middeleeuwen veranderde de manier van oorlog voeren door de komst van buskruit en kanonnen. De hoge, smalle stadsmuren die Zaltbommel eeuwenlang verdedigden, waren hier niet tegen opgewassen. Om steden beter te beschermen tegen deze nieuwe dreiging ontwikkelden militaire ingenieurs een nieuw verdedigingssysteem: het gebastioneerde vestingstelsel. Zo’n stelsel omsloot de stad met lage, brede aarden wallen en hoekige bastions. Ook wel ‘bolwerken’ genoemd. De bastions waren naar buiten toe gericht. Zo konden soldaten vanuit meerdere kanten, zonder dode hoeken, het vijandelijk vuur beantwoorden. Rondom deze wallen kwamen brede grachten.
Tijdens de Tachtigjarige Oorlog werden veel Nederlandse steden versterkt met deze moderne verdedigingswerken. Zo ook Zaltbommel, vlak nadat de stad zich in 1572 had aangesloten bij Willem van Oranje. De ligging van Zaltbommel, aan de Waal en op de weg tussen het Staatse Utrecht en Spaansgezinde Den Bosch, maakte de stad strategisch van groot belang.
Er werd een gesloten geheel van bastions, wallen en buitengracht rondom de stad aangelegd. Aan de andere kant van de buitengracht werden schootsveldenaangewezen, die vrij moesten blijven van bebouwing en begroeiing. Zo hadden de verdedigers vrij zicht op aanvallers. Deze militaire structuur vormt nog steeds het fundament van het huidige stadspark. De middeleeuwse muur en binnengracht bleven behouden als laatste verdediging, voor als de vestingwerken ingenomen zouden worden. -
19e eeuw: Van vestingwerk naar stadspark
Na de Napoleontische oorlogen verloren veel kleinere vestingsteden hun strategische waarde. Dit kwam door nieuwe militaire ontwikkelingen, zoals steeds krachtigere artillerie. Er werd gekozen om enkele grote vestingsteden aan de landsgrenzen te behouden, maar in het binnenland werden veel vestingwerken opgeheven en vervolgens gesloopt of bebouwd. Ook in Zaltbommel werd besloten de vestingwerken op te heven. In plaats van deze te bebouwen, koos gemeente Zaltbommel voor de aanleg van een openbaar stadspark: het Stadswallenpark. In 1834 ontwierp stadsarchitect en Bommelaar François Willem de Virieu een park in Engelse landschapsstijl, met hoogteverschillen, zichtlijnen en gevarieerde beplanting.
De hoofdstructuur van de stadswallen met haar zes bolwerken bleef hetzelfde. Wel werden de bolwerken afgerond om een meer glooiend karakter te krijgen. Ook werden hoogteverschillen gemaakt door kommen te graven en taluds te verhogen met de grond die vrijkwam. In de diepere delen werden waterpartijen gemaakt. Daaromheen werden slingerende paden en gevarieerde beplanting aangebracht. Er kwamen doorkijkjes naar andere delen van het park, naar de binnenstad en naar buiten, richting de voormalige schootsvelden. -
20e eeuw: Verwaarlozing en verwildering
In de loop van de 20e eeuw raakte het stadswallenpark geleidelijk in verval. De oorspronkelijke landschappelijke visie verwaterde. Dat leidde tot verwaarlozing van de padenstructuur en verwildering van de planten. Hierdoor was de samenhang en herkenbaarheid verloren gegaan. Toch bleef de basisstructuur, met bastions, grachten en groenzones, opvallend goed behouden.
-
21e eeuw: Herstel naar de geest van 1834
Vanaf 2017 tot 2025 werd het park gerestaureerd. De parkaanleg van 1834 was daarbij het uitgangspunt. Ook was er ruimte voor hedendaagse accenten. De originele padenstructuur is volledig hersteld, evenals de originele beplanting en de zichtlijnen daartussendoor. Er zijn zelfs planten uit de tijd van de Virieu geplant. Ook zijn op verschillende plekken gedempte grachten opengemaakt, om de structuur van de voormalige vestingwerken meer zichtbaar te maken.
Het resultaat is een uniek stadspark, waar geschiedenis en landschap samenvloeien. Bezoekers kunnen genieten van de bolwerken en wandelen langs de grachten, doorkijkjes en kronkelende paden tussen de struiken.